Gulab Jamun (de droge Surinaamse variant) zijn heerlijke zachte deegballetjes met kokos die gefrituurd worden en daarna in hete suikerstroop worden gedompeld. Ze worden geserveerd op religieuze Hindoestaanse feestdagen en feesten. Ik probeerde ze voor het eerst zelf te maken en wat een succes was dit! En ook echt niet moeilijk.
Gulab Jamun
Bereidingswijze
Ingrediënten voor circa 30 stuks;
- 500 gram zelfrijzend bakmeel
- 100 gram ongezouten roomboter (op kamertemperatuur)
- 200 ml kokosmelk
- 25 gram kristalsuiker
- 2 zakjes vanillesuiker
- ca 200 gram warme volle melk
- 50 gram geraspte kokos
- snuf zout
Suikersiroop;
- 300 gram kristalsuiker
- 150 gram water
- 50 gram volle melk
Optioneel; extra geraspte kokos
Kneed alle ingrediënten met elkaar totdat het een mooi, zacht geheel is, laat het een uur rusten. Dit kan ook met een mixer met een deeghaak. Let op, doe de warme melk er beetje bij beetje bij totdat je een lekker deegje heb, waar je balletjes van kunt maken. De een zal al het melk gebruiken, de ander wat minder. Niet iedereen gebruikt namelijk dezelfde merken waardoor dit verschillend kan zijn.
Daarna maak je balletjes of de originele gulab jamun vormpjes (ovaal). Frituur ze op een middelhoog vuur goudbruin.
Kook de suiker en water voor de suikersiroop in een pan, totdat het dikke suikersiroop wordt. Na 10 minuten schenk je hier de melk bij. Het gaat nu schuimen en wordt dikker. Schenk dit over de gefrituurde deegballetjes en schep dit goed om.
Bestrooi met geraspte kokos als ze uit de suikersiroop komen en laat dit drogen, leg ze wel uit elkaar. Je zult zien dat de suiker gaat stollen en je een hard laagje suiker over de Gulab Jamun krijgt.